Hoe ontwikkel je een technisch plan voor een warmte-initiatief? Lessen uit de Benedenbuurt Wageningen
De bewoners van de Benedenbuurt in Wageningen staan voor een technische uitdaging. Ze willen een duurzaam en betaalbaar warmtenet voor hun jaren ’50 wijk. Deze wijk bestaat uit zo'n 10 verschillende woningtypen, waarbij elke woning zich de afgelopen 70 jaar weer anders heeft ontwikkeld. Hoe zorg je dat er voor zoveel verschillende woningen één technische oplossing komt, zonder dat je ook maar één iemand in de kou laat staan? Welke warmtetechnieken zijn er en welke kies je? De Benedenbuurt leert je wat er komt kijken bij het opstellen van een technisch plan.
Twee stappen vooruit en een achteruit: wees grondig en overweeg meerdere ideeën
De bewoners van de Benedenbuurt zijn het eens: in huis moet het behaaglijk zijn en dient op elk gewenst moment van de dag warm water uit de douche te stromen. Waar de meningen over verschillen, is hoe je dit technisch het beste aanpakt.
“Wageningen zit vol technisch hoogopgeleiden die zelf een bepaald beeld hebben van de ideale oplossing voor de buurt,” zegt Robert-Jan Geerts, een van de initiatiefnemers van Warmtenet Oost Wageningen (WoW), de energiecoöperatie waarin de buurtbewoners zich verenigen. “Als er op een bewonersavond een discussie ontstaat tussen twee bodemkundigen, weet je dat je in Wageningen woont.”
Hij benadrukt dat het technisch plan, waarin de concrete warmtevoorziening tot in hoofdlijnen wordt uitgewerkt, nog middenin de ontwikkelfase zit. “Het is een langzaam en herhalend proces, waarbij we door de vele ideeën telkens twee stappen vooruit en een achteruit zetten. Soms voelt het alsof we te veel met alle alternatieven bezig blijven, maar we zien ook dat het proces hierdoor grondig verloopt en de oplossing steeds scherper in beeld komt.”
Stel een programma van eisen op en leg deze voor aan bedrijven in de sector
De bewoners willen op een duurzame manier hun huizen verwarmen, zonder dat het ze meer gaat kosten. Dat blijkt geen geringe opgave. Geerts: “Er komt veel techniek kijken bij de aanleg van een warmtenet. Want hoeveel water van welke temperatuur heb je nodig? En kijk je kritisch naar andere warmtenetten, dan leer je dat een net geruisloos moet zijn; dat je het bij lekkage snel moet kunnen afsluiten; dat het de mogelijkheid moet bieden om warmteafgifte nauwkeurig te meten, enzovoorts.”
Dit soort zaken heeft de coöperatie met de hulp van een expert vastgelegd in een programma van eisen, wat vervolgens is voorgelegd aan bedrijven in de sector. “We hebben veel van deze bedrijven geleerd,” zegt Geerts. “Ze legden bijvoorbeeld uit dat onze eis om legionellabesmetting te voorkomen niet handig geformuleerd was en in de zomer zou resulteren in een onnodig hoge nettemperatuur. Zo groeien ‘wat we willen’ en ‘wat haalbaar is’ langzaam naar elkaar toe.”
"Als er op een bewonersavond een discussie ontstaat tussen twee bodemkundigen, weet je dat je in Wageningen woont"
Denk na over wat je onder ‘duurzaamheid’ verstaat
De wijk zoekt hard naar een duurzame oplossing, maar de meningen verschillen over wat duurzaamheid inhoudt. Richt je je alleen op de CO2-uitstoot of moet je in bredere zin rekening houden met het milieu? Als je voor de aanleg van een warmtenet in de bodem gaat graven, hoe weet je dan zeker dat je daar geen schade aanricht? Is het genoeg om ‘groene stroom’ in te kopen, of moet je je ook bekommeren om de opwek van de benodigde stroom?
Geerts: “We hebben een flinke lijst met wensen, dus wordt het de komende tijd spannend: hoeveel water moet er bij de wijn van ons idealisme om het te kunnen betalen?”
"Hoeveel water moet er bij de wijn van ons idealisme om het te kunnen betalen?"
Weeg verschillende warmtetechnieken tegen elkaar af
De coöperatie heeft de volgende warmtetechnieken overwogen:
X Biomassa
Veel huizen in de wijk zijn slecht geïsoleerd, wat vraagt om een nettemperatuur van zo’n 80 graden. Een voor de hand liggende bron voor zo’n hoge temperatuur is biomassaverbranding. “Maar biomassa is beperkt duurzaam beschikbaar en zien wij daarom niet als een duurzame oplossing. Daarnaast is er geen draagvlak voor een grote schoorsteen in de wijk,” aldus Geerts.
X Aansluiting op een groter warmtenet
Wageningen onderzoekt of het een groter warmtenet kan aanleggen voor een aantal hoogbouwcomplexen, gevoed door restwarmte van een papierfabriek. Daar zou de Benedenbuurt op aan kunnen sluiten. Geerts: “Helaas is er nog veel onduidelijk over dit project. Waarschijnlijk gaan we hier niet op wachten – de riolering moet toch echt een keer vervangen worden.”
X Geothermie
Bij geothermie, verwarming uit de aarde, wordt doorgaans meer dan een kilometer diep in de grond geboord, wat hoge kosten met zich meebrengt. De Benedenbuurt is te klein om deze techniek rendabel te maken. In de toekomst kan de wijk met haar warmtenet misschien alsnog aansluiten op een geothermisch net, mocht dit in de regio beschikbaar komen.
✓ Warmte- en koudeopslag
Warmte- en koudeopslag (WKO) blijft over als meest geschikte oplossing voor de kleine Benedenbuurt. Een WKO slaat warm en koud water op in twee ondergrondse reservoirs. In de winter wordt warm grondwater gebruikt als bron voor een warmtepomp en in de zomer wordt dit afgekoelde water weer opgewarmd voor de volgende winter. Geerts: “We zoeken nog naar de ideale manier om het water op te warmen. De warmte kan uit de lucht gehaald worden (maar daar zijn lawaaiige ventilatoren voor nodig), uit de Nederrijn (maar dat is best ver) of misschien uit zonnecollectoren die we op onze daken plaatsen.”
"De algemene insteek is eenvoudig: aansluiten moet voor bewoners zo makkelijk mogelijk zijn"
Wel of niet isoleren: bedenk wat er nog bij mensen achter de voordeur moet gebeuren
Nadeel van een warmtepomp is dat deze minder efficiënt werkt en meer stroom verbruikt als de gevraagde nettemperatuur toeneemt. De coöperatie overweegt dan ook om een aantal huizen beter te isoleren. Betere isolatie betekent een lagere nettemperatuur en dat leidt weer tot lagere stroomkosten.
Ook hoeft de gasketel dan minder vaak bij te springen in geval van extreme kou. Geerts: “We staan voor veel open vragen. Hoeveel huizen zouden er een isolatieslag moeten maken? Hoe staan de kosten daarvan in verhouding tot de behaalde besparingen? Zien de bewoners van die slecht geïsoleerde huizen het zitten om daarin te investeren? Met de hulp van een adviesbureau zoeken we dit soort vragen nu uit.”
Maak het bewoners niet te moeilijk
Bij het maken van een technisch plan is het belangrijk om de wensen van bewoners voorop te stellen. Geerts: “De algemene insteek is eenvoudig: aansluiten moet voor bewoners zo makkelijk mogelijk zijn, want anders lukt het niet om genoeg deelnemers te krijgen.”
De randvoorwaarden die bij bewoners komen te liggen, dienen in verhouding te staan tot de voordelen die ze opleveren. Het technisch plan moet zich schikken naar (de huizen van) de deelnemers en niet andersom: de warmte-afleversets moeten in de woningen passen, de nettemperatuur moet hoog genoeg zijn om de huizen met hun huidige afgiftesystemen warm te krijgen en ook in woningen zonder ruimte voor een buffervat moet de warmwatervoorziening voldoende zijn om prettig te douchen.
"We moeten de balans vinden tussen wat we willen en wat zowel technisch als financieel haalbaar is”
Werk samen met de gemeente
Wanka Lelieveld, projectleider van WoW, heeft een tip voor startende warmte-initiatieven: ontwikkel je technisch plan samen met de gemeente. “Toen wij 3 jaar geleden ons initiatief startten, was de gemeente enthousiast en welwillend, maar nog niet zo ervaren op het gebied van verduurzaming. Inmiddels zijn de meeste gemeentes veel verder en bezitten ze relevante kennis en middelen. Vaak zoeken ze zelf naar actieve burgers, om samen iets te bewerkstelligen.”
Vind de balans tussen ‘wat we willen’ en ‘wat haalbaar is’
De coöperatie is momenteel veel in contact met bewoners om de wensen en verwachtingen te peilen. Ook gebruikt zij ‘proefkonijnen’: adressen waar gekeken wordt hoe je er een warmte-afleverset kan installeren, of waar de data van de slimme meter wordt uitgelezen om de warmtevraag in beeld te krijgen. Geerts: “De komende maanden moeten we veel vragen beantwoorden, zodat we na de zomer een concreet aanbod kunnen doen aan alle bewoners. Dit aanbod bestaat uit een voorstel voor warmtelevering, met tarieven en voorwaarden, en een aansluitplan.”
“Dit is een innovatief en uitdagend project,” zegt Geerts. “Het gaat om bestaande bouw, waarbij elke woning anders is. We moeten de steun van de bewoners winnen, want zij staan aan het roer. Om op de goede weg te blijven, moeten we de balans vinden tussen wat we willen – een duurzame oplossing om onze huizen behaaglijk te houden – en wat zowel technisch als financieel haalbaar is.”
Benedenbuurt Wageningen van het gas af: het verhaal in het kort
Wanneer in 2016 tijdens het Klimaatstraatfeest van HIER in de Benedenbuurt in Wageningen duidelijk wordt dat de riolering van de jaren ’50 woningen aan vervanging toe is, ziet een groepje bewoners dat als een uitgelezen kans voor verduurzaming. De wens: van het gas af met behulp van een collectief warmtenet.
Warmtenet Oost Wageningen
Het burgerinitiatief slaat zó goed aan in de wijk dat in 2018 de Coöperatie Warmtenet Oost Wageningen (WoW) wordt opgericht. Zo’n 100 van de 490 huishoudens, waaronder grondgebonden koopwoningen, koopappartementen en sociale huurwoningen, zijn al lid van de coöperatie. 120 andere huishoudens hebben hun steun betuigd (voorjaar 2019). Het project is geselecteerd als één van de 27 aardgasvrije proeftuinen door het ministerie van Binnenlandse Zaken.
Eerste woningen van het gas af in 2021
Momenteel wordt gewerkt aan een gedetailleerd technisch concept. In het najaar van 2019 komt WoW met een concreet warmteleveringsvoorstel. Als genoeg bewoners de overstap durven maken, kunnen in 2021 de eerste woningen van het gas af.
In deze serie verhalen delen initiatiefnemers Wanka Lelieveld en Robert-Jan Geerts hun ervaringen en geleerde lessen.