SpaarGas: Stichting DE Ramplaan op weg naar een aardgasvrije wijk
De gemeente Haarlem heeft een ambitieus klimaatbeleid. Het streven is aardgasvrij in 2030. Een van de belangrijkere wijkinitiatieven is het dit jaar gestarte SpaarGas-project, waarin Stichting Duurzame Energie Ramplaan met ondersteuning van de gemeente een nauw samenwerkingsverband is aangegaan met de TU Delft.
Stichting DE Ramplaan is actief in een wijk met 1174, voornamelijk eengezinswoningen uit de jaren '20 en '30. Behalve een tennishal, kerkgebouw en school kent de wijk weinig andere functies. Na renovatie van de oudste woningen door de woningcorporatie heeft het merendeel van het huizenbestand het energielabel F en G.
Samenwerking TU Delft
Deelname van de TU Delft vindt plaats in het kader van het Europese onderzoek Smart Urban Isle. Sabine Jansen, werkzaam aan faculteit Bouwkunde, vertelt dat het onderzoek gericht is op de vraag in hoeverre slimme oplossingen ontwikkeld kunnen worden in stedelijke gebieden. Daarbij is het doel de energievoorziening zoveel mogelijk op wijkniveau in balans te krijgen door lokale opwekking, uitwisseling en opslag. “Met het team bekijken we welke maatregelen in woningen genomen kunnen worden. Als er voldoende woningen meedoen aan het project kunnen ook slimme oplossingen bedacht worden voor de hele wijk. Wat bijvoorbeeld lokaal aan energie opgewekt kan worden en welke scenario's er zijn om dit alles aan elkaar te koppelen.”
Stappenplan
Enerzijds zijn er de rekenmodellen. Anderzijds is er de praktische kennis uit de buurt. Belangrijk is dat bewoners nauw betrokken zijn bij het onderzoek en het project, verklaart Art den Boer, wijkbewoner en lid van het projectteam. “We hebben eerder al in deze wijk via een postcodeproject positieve ervaringen opgedaan met een collectief zonnedak, waaraan nu ongeveer honderd huishoudens deelnemen. Daarvoor is een coöperatie opgericht.”
Om deze groep maar ook andere bewoners te enthousiasmeren voor het SpaarGas-project is in maart 2017 een stappenplan van start gegaan met het verspreiden van flyers en een persoonlijke benadering. Dit gebeurt met hulp van coaches en een zogeheten energietechniekenteam, bestaande uit buurtbewoners, die belangstellenden van advies kunnen dienen.
SpaarGas-check
Via de SpaarGas-check wordt in kaart gebracht hoe de woning er uitziet en zuiniger te maken is. Deze check bestaat uit een inventarisatie van kenmerken als bouwjaar, type huis, energieverbruik, leeftijd CV-ketel en de aanwezigheid van energiebesparende voorzieningen zoals dubbel glas.
Op basis van deze gegevens worden woningprofielen opgesteld. Hiermee kunnen besparingsmogelijkheden worden ontwikkeld, waarbij het streven is een daling van de maandlasten en een stijging van het comfort. De bedoeling is dat alle deelnemers uiteindelijk de beschikking hebben over hun eigen data en een eigen profielpagina.
Dit advies is vrijblijvend, aldus Den Boer. “We verplichten niemand tot deelname. Maar we benadrukken wel dat niets doen ertoe kan leiden dat bewoners in de toekomst geconfronteerd worden met andere oplossingen. Dan is het te laat om eigen keuzes te maken. Nu kunnen mensen actief meedenken of meebeslissen over welke oplossingen voor hen wenselijk zijn.”
Mogelijke verbeteringen
Sabine Jansen legt uit dat op drie niveaus ingrepen mogelijk zijn:
- De makkelijke optie zijn aanpassingen zonder uiterlijke veranderingen zoals spouwmuurisolatie, dubbel glas en vloer- en dakisolatie.
- Energierenovatie gaat iets verder met het aanbrengen van hoogwaardige isolatie, vervanging van standaard radiatoren door lage-temperatuurradiatoren en vraaggestuurde afzuiging van ventilatie.
- Een ambitieuze renovatie bestaat uit hoogwaardige isolatie, nieuwe daken of uitbouwen, vloerverwarming en een aangepast ventilatiesysteem.
Daarna worden de verschillende bronnen met elk hun eigen energiepotenties in kaart gebracht zoals pv, pvt, pt zonnecollector, stw small wind turbine, lt, energie uit grijs en zwart water en tot slot energie uit afval en biomassa.
De drie varianten met betrekking tot woningverbetering kunnen gecombineerd worden met de verschillende bronnen, waarbij op wijkniveau meerdere oplossingen mogelijk zijn.
Houtkachels en elektrische kachels zijn ontoereikend. Interessante opties zijn warmtepompen (individueel) en een warmtenet (collectief). Een derde optie, die nog verder uitgewerkt wordt, is een combinatie van beide.
Ook onderzocht wordt de optimale temperatuur van een eventueel warmtenet. Hierbij wordt veel aandacht besteed aan lage-temperatuurwarmtenetten (tussen 10 en 50 graden), omdat het aanbod hernieuwbare bronnen op dit temperatuurniveau veel groter is dan op hogere temperaturen.
Ambities van DE Ramplaan
In 2017
- 15 coaches binnenhalen
- 10 straatmeetings organiseren
- Naamsbekendheid bij 75% van de bewoners
- 200 persoonlijke profielen verzamelen
- 75 spaargaschecks uitvoeren
Daarna
- Minimaal één maatregel binnen twee jaar door 25% van de bewoners
- Voor eind 2022 nog eens 25%
- Voor eind 2026 nog eens 25%
- Na 10 jaar doet 75% mee
Tussenstand na twee maanden
Op grond van de voorlopige resultaten constateren Sabine Jansen en Art den Boer dat het SpaarGas-project in de eerste twee maanden een bemoedigende start heeft gemaakt. Daarbij wijzen ze op de 102 bewoners die zich hebben aangemeld voor een SpaarGas-check en de 35 bewoners die inmiddels actief zijn als straatcoach en lid van de energietechniekengroep.
Dit artikel is geschreven naar aanleiding van de werksessie coöperaties in de warmtetransitie op 13 mei 2017. Met medewerking van Art den Boer (Stichting DE Ramplaan) en Sabine Jansen (TU Delft).
Andere verslagen van de werksessie coöperaties in de warmtetransitie:
Coöperaties, overheden en netbeheerders samen op weg naar aardgasvrije wijken
De doelstellingen zijn ambitieus. Aardgasvrij in 2030. Dat vereist een forse warmtetransitie die op lokaal niveau haar beslag moet krijgen. Energiecoöperaties kunnen en moeten hierin een baanbrekende
Position paper - Lokale energiecoöperaties in de energietransitie
In een onlangs verschenen notitie van de landelijke Warmtetafel, waarin onder meer de rijksoverheid en de VNG zitting hebben, werden energiebedrijven en energiecoöperaties in een adem genoemd als
Wat kunnen we leren van Denemarken?
Erik Christiansen wordt internationaal beschouwd als een van de meest vooraanstaande deskundigen op het gebied van duurzame energieopwekking en -coöperaties in Europa. Hij is onder meer directeur van
Warmte-initiatief van onderop: De Benedenbuurt in Wageningen
De geplande vervanging van het rioleringsnetwerk biedt de Benedenbuurt in Wageningen kansen voor een collectieve, duurzame warmtevoorziening. De innovatieve technologie van Ecovat is een van de opties
Samen een warmtenet: Geleerde lessen uit Culemborg
Warmtetransitie begint bij de mensen. De betrokkenheid van de eigenaars/afnemers is cruciaal voor het welslagen van 'een nieuwe Nuts' als Thermo Bello, aldus directeur Gerwin Verschuur. En hun belang
ESCO's als verdienmodel voor de gehele samenleving
Een ESCo (energy service company) ontzorgt woningeigenaren en financiert investeringen uit energiebesparing in de woning. Esco's zijn een alternatief voor commerciële marktpartijen en dienen een
Waarom het "package solution model" werkt voor de Deense energietransitie
Erik Christiansen (OBE Consults) geeft aan dat de energietransitie in Denemarken versnelde doordat er een behoefte ontstond naar een onafhankelijke energievoorziening. De oorzaak hiervan lag in de
Videoverslag werksessie: Coöperaties in de warmtetransitie
De doelstellingen zijn ambitieus. Aardgasvrij in 2030. Dat vereist een forse warmtetransitie die op lokaal niveau haar beslag moet krijgen. Energiecoöperaties kunnen en moeten hierin een baanbrekende