Zonnepanelen: Wat past er op jouw dak?
Voor zonnepanelen op eigen dak heb je voldoende dakoppervlak nodig. Afhankelijk van in welke opstelling je de panelen wil plaatsen, kun je inschatten hoeveel ruimte ze innemen. En dus hoeveel panelen je kunt installeren.
Schuin of plat dak?
Zowel een schuin als een plat dak kan geschikt zijn voor zonnepanelen. Op een schuin dak plaats je zonnepanelen anders dan op een plat dak, maar ook dan plaats je ze een beetje schuin. Dan werken ze het beste.
Je kunt de panelen op verschillende manieren plaatsen. Het type opstelling bepaalt hoeveel dakoppervlak je per paneel nodig hebt. En dus hoeveel panelen er op je dak passen. Het standaardformaat van een zonnepaneel is 99 cm x 165 cm. Er bestaan ook andere formaten.
A) Zonnepanelen op een schuin dak //\
Heb jij een schuin dak?
- Een dak gericht op het zuiden zorgt voor de hoogste stroomopbrengst per paneel. Wijst de ene kant van je dak naar het oosten? Dan is de opbrengst wat minder, maar kunnen de panelen nog steeds de investering waard zijn. Je kunt de zonnepanelen dan aan beide zijden van het dak plaatsen (oost én west).
- Op een schuin dak kun je zonnepanelen dicht tegen elkaar aan leggen. Reken standaard 1,6 vierkante meter per paneel aan schuindakoppervlak.
- Op een schuin dak zijn de zonnepanelen zichtbaar.
B) Zonnepanelen op een plat dak
Is jouw dak plat? Dan plaats je zonnepanelen altijd (1) op het zuiden, of (2) op het oosten én westen.
1. Alle panelen wijzen naar het zuiden / / /
(zuid-opstelling)
- De zuid-opstelling zorgt voor de hoogste stroomopbrengst per paneel.
- Maar wel midden op de dag, wanneer jij misschien geen of weinig stroom verbruikt.
- Deze opstelling kan in de toekomst minder opleveren door het vervallen van de salderingsregeling, en wanneer je geen batterij hebt om de stroom in op te slaan.
- Ga uit van een hellingshoek van 20 graden. Dat is het meest gunstig voor een dak vol zonnepanelen in zuid-opstelling.
- Deze opstelling kost de meeste ruimte, omdat er afstand tussen de panelen nodig is. Anders zorgt het ene paneel voor schaduw op het andere paneel. Reken ongeveer 4 vierkante meter dakruimte per paneel (bij een hellingshoek van 20 graden). Noot: de achterste panelen hebben iets minder ruimte nodig.
2. De panelen staan als een dakje tegen elkaar aan en wijzen naar het oosten én westen /\/\/\
(oost-west-opstelling)
- Deze opstelling zorgt voor minder stroomopbrengst per paneel dan een zuid-opstelling.
- Maar je kunt de stroom wellicht wel direct gebruiken, omdat de panelen stroom opwekken op het moment dat je de meeste stroom verbruikt: in de ochtend en eind van de middag.
- Deze opstelling kan voordeliger zijn wanneer je vanaf 2023 minder of niet meer kunt salderen, én wanneer je geen thuisbatterij hebt om de opgewekte stroom in op te slaan voor een ander moment.
- Ga uit van een hellingshoek van 10 graden. Dat is het meest gunstig in deze opstelling.
- Ga uit van ongeveer 1,6 vierkante meter dakruimte per paneel (bij een hellingshoek van 10 graden).
Het verschilt per dak welke opstelling het meest gunstig is.
Hoeveel zonnepanelen passen er op mijn dak?
- Met de Zonnepanelencheck van Milieu Centraal kom je erachter hoeveel panelen er op jouw dak passen.
De plaatjes hieronder geven handig weer hoeveel dakoppervlak je nodig hebt per zonnepaneel, bij een standaard zonnepanelenformaat van 99 cm x 165 cm.
Belangrijke dingen om rekening mee te houden
- Meer zonnepanelen is niet altijd beter voor de portemonnee. Dat hangt af van je stroomverbruik. Je wil dat je stroomverbruik en de opbrengst van de panelen op elkaar afgestemd zijn.
- De dakrand moet altijd bereikbaar blijven. Je moet dus altijd wat ruimte overlaten rondom je panelen. Je mag niet het hele dak vol leggen.
- De keuze voor het aantal panelen hangt ook af van je elektra-aansluiting. Lees er hier meer over.
Soorten zonnepanelen
Er zijn verschillende soorten zonnepanelen. Ze verschillen in prijs, kwaliteit en de hoeveelheid elektriciteit die ze kunnen opwekken. Vrijwel alle zonnepanelen zijn blauw of zwart.
Het soort paneel wordt voornamelijk bepaald door het materiaal waar de zonnecellen van gemaakt zijn. De meest gebruikelijke panelen zijn polykristallijne en monikristallijne zonnepanelen.
- Polykristallijne zonnepanelen: Blauwe panelen met een onbespoten aluminium frame. Goedkoper in aanschaf, maar wekken iets minder elektriciteit op dan de monokristallijne panelen.
- Monokristallijne zonnepanelen: Zwarte panelen met vaak een zwart gespoten frame. Deze panelen zorgen voor iets meer opbrengst. Veel mensen vinden dit type mooier dan de blauwe, omdat ze minder opvallen. Ze zijn wel wat duurder, meestal een paar tientjes per paneel meer.
Er zijn nog meer soorten zonnepanelen. Bijvoorbeeld PVT panelen: zonnepanelen waarmee je tegelijkertijd ook warmte opwekt die je kunt gebruiken voor het verwarmen van water of het voeden van een warmtepomp. Kijk voor meer informatie over verschillende typen zonnepanelen op de site van de Consumentenbond.