Hoe Ermelo-West woningeigenaren inspireert aardgasvrij te wonen: ‘Bewoners beslissen in hun eigen tempo’
Hoe zorg je dat eigenaar-bewoners investeren in aardgasvrije maatregelen voor hun woning? In de Wijk van de Toekomst Ermelo zoeken de gemeente en wijkbewoners samen naar mogelijkheden. Onder het credo ‘uw woning, uw geld’ bepalen de bewoners zelf of, wanneer, hoe en waarvoor ze de beschikbare proeftuinsubsidie inzetten. Trekkers van het project zijn Rianne Klein Hulse (gemeente Ermelo) en Marjo Kroese (communicatiebureau Kroese&Kroese). Na drie jaar coördinatie geven zij nu het stokje door. Een mooi moment voor een terugblik: hoe zijn ze tot de unieke aanpak in Ermelo gekomen?
In 2017 voert de gemeente Ermelo samen met Alliander een buurtanalyse uit om een mogelijke volgorde voor de warmtetransitie in de gemeente Ermelo te onderzoeken. De 500 woningen in een deel van de wijk Ermelo-West blijken geschikt: de gasleidingen zijn er grotendeels afgeschreven, de verdeling van koop- en huurwoningen is gunstig en er is veel gestandaardiseerde bouw.
Ermelo-West wordt een ‘Wijk van de Toekomst’. De gekozen strategie is niet technisch of economisch, maar richt zich op de bewoners. De gemeente doet dan ook direct de oproep: praat met ons mee, want zonder u kan het niet. “Bewoners worden vaak als een enge, exotische soort gezien”, zegt procesbegeleider Marjo. “Dat vind ik zo gek. Je bent zelf toch ook een bewoner? Je hoeft alleen te bedenken hoe je zelf behandeld zou willen worden als jouw wijk aan de beurt zou zijn om aardgasvrij te worden. Dat is de start van je aanpak. Zo simpel is het.”
De aanpak
Het doel van het programma Wijk van de Toekomst, onderdeel van het Gelders Energieakkoord, is om in tien jaar als wijk aardgasvrij te worden. Met het idee dat provinciale subsidie een versnelling teweeg kan brengen, is die periode voor de Wijk van de Toekomst in Ermelo verkort naar zeven jaar. “In die periode kunnen eigenaar-bewoners in hun eigen tempo mee doen. Het is hun huis en hun geld. Als gemeente heb je daar niets over te zeggen”, legt projectleider Rianne uit.
De gemeente Ermelo heeft subsidie ontvangen van de provincie Gelderland. Voor iedere woning is 12.000 euro subsidiebudget beschikbaar. Bewoners kunnen subsidie aanvragen voor de helft van het bedrag dat zij investeren voor isolatiewerkzaamheden en/of de technische installatie. De rest leggen ze zelf bij.
Een mooie stimulans
Rianne en Marjo zien de subsidieregeling als stimulans om hun idee van vrijheid in tempo verder uit te werken. “Dit bedrag staat tot eind 2026 vast voor alle 160 koopwoningen in de wijk. In die tijd mogen de eigenaar-bewoners zelf bepalen wanneer ze aan de slag gaan en waarmee”, vertelt Marjo. “Het idee is dat je geld van het ene potje naar het andere potje kan overhevelen. Want stel je hebt drie jaar geleden veel geïnvesteerd in isolatie, dan pis je nu voor 6000 euro naast de pot. Ons voorstel is dat je het isolatiebudget dan ook kan gebruiken voor de installatie.”
Iedereen is vrij om mee te doen of niet, maar er is zeker ook sprake van urgentie. Rianne: “We dwingen niemand, dat kunnen we ook helemaal niet, maar geven wel aan dat de wet kan veranderen. Misschien vervalt het recht op aardgas wel. Ook weten we niet of er na 2026 subsidies zijn. Maar bewoners moeten dit zelf in overweging nemen.”
Samen met de bewoners
De gekozen aanpak is een vertaling van gesprekken met eigenaar-bewoners. Daarvoor moet je eerst vertrouwen winnen. Marjo: “Dat kost tijd. We zijn eerst ruim een half jaar met de bewoners gaan praten. In de communicatie gebruiken we steeds dezelfde begrippen. We spreken van ‘uw geld en uw huis’. Zeggen ‘er is tempo nodig, maar geen paniek’. Zo zorgen we voor duidelijkheid.”
In 2018 is een bewonerswerkgroep opgericht. Hierop is gekeken hoe de bewonerswensen vertaald konden worden in de subsidieaanvraag richting de provincie Gelderland. Ook de bewoners die het echt niet zien zitten, spreekt Marjo graag: “Dan stel ik de vraag: wanneer wordt het voor u wel acceptabel? Daar willen de meeste mensen best over nadenken.”
De werkgroep fungeert als klankbord. “Iedereen is welkom. Er gaan soms mensen weg en er komen nieuwe bij, maar er is een vaste kern van 12 bewoners. De groep is heel divers, wat zorgt voor veel verschillende gedachtegangen. Dat is leuk én waardevol. Ze hebben meegedacht over de subsidieaanvraag, en denken mee over installatiemogelijkheden en de wijkcommunicatie. Ze zijn de ogen en oren van de buurt. Een boodschap van de gemeente is toch anders dan van je buurman”, aldus Rianne.
Informeren, prikkelen en inspireren
Hoe zorg je dat bewoners aanhaken? Via huis-aan-huisbrieven, flyers en bewonersavonden wordt contact gezocht met de buurt. “Op de eerste bijeenkomst kwamen 125 mensen af, waarvan zo’n 70 eigenaar-bewoners. Daar zitten ook boze bewoners tussen. Het loont om al hun vragen heel stellig te beantwoorden. Mensen vinden het prettig als ze een duidelijk ja of nee krijgen. Ook al is het antwoord ze onwelgevallig, iedereen respecteert het als je niet om de hete brei draait”, tipt Marjo.
De digitale bijeenkomsten tijdens de coronapandemie trekken minder bezoekers. Zo’n 10 tot 15 mensen per sessie. Rianne: “Maar hier zitten toch ook weer nieuwe gezichten bij. Een combinatie van fysieke en digitale bewonersavonden is dus het proberen waard.” Een andere manier om nieuwe mensen te spreken is volgens haar via wijkverenigingen: “In de wijk werd een jaar lang een huis als aardgasvrije voorbeeldwoning gebruikt. De wijkvereniging organiseerde hier bijeenkomsten - van koffieochtenden en kookavonden tot open dagen. Hier komen mensen op af die je op bewonersavonden niet ziet.”
Toch blijft het lastig mensen aan te spreken die niet willen. Marjo: “De early adopters komen wel. Maar je moet steeds weer een goede reden vinden om de wijk in te gaan en mensen te prikkelen. Bewoners die we nog niet eerder gezien hebben, nodigen we daarom uit een uur eerder op de bewonersavond te komen om ze bij te praten. Dat trekt ook aan.”
Drie fases
Het project kent drie fases: een isolatiefase, een oriëntatiefase en een installatiefase. Marjo: “We willen voorkomen dat straks overal warmtepompen aan huizen plakken, maar woningen slecht geïsoleerd zijn. Daarom moet ieder huis minstens eerst naar energielabel B. De bewoners mogen een energieadvies aanvragen, waarin de isolatiemogelijkheden voor de woning worden bekeken. Dit advies bepaalt voor welke isolatiemaatregelen je subsidie krijgt. Volg je die stappen dan kom je tot label B.”
De bedoeling is dat ook alle huurwoningen aardgasvrij worden. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij woningcorporatie UWOON. “In 2018 zijn alle huurwoningen geïsoleerd en gerenoveerd naar label A. Dat is zonder huurverhoging voor de zittende huurders gebeurd. Vanzelfsprekend waren de huurders daar heel tevreden over. De bedoeling is nu dat de huurwoningen collectief als eerste van het gas gaan. Zodra er meer bekend is over de gekozen techniek, communiceert UWOON hierover met de huurders. Wel is het zo dat er ook twee huurders in de bewonerswerkgroep zitten. Op die manier worden hun wensen en gedachtes ook meegenomen in het proces. Bijvoorbeeld bij het maken van het wijkuitvoeringsplan”, vertelt Rianne.
Een scorende techniek
Samen met bewoners, UWOON en de netbeheerder wordt nu gekeken welke installatietechnieken interessant zijn voor de wijk. Een adviesbureau onderzoekt dan hoe deze technieken scoren op het Programma van Eisen, dat samen met de bewoners is opgesteld. “Het is best uniek dat we al subsidie kregen, zonder precies te weten welke techniek het wordt”, zegt Rianne. Marjo voegt toe: “Maar dat was ook precies ons uitgangspunt. We hoeven het nog niet te weten. De technische ontwikkelingen gaan razendsnel. We zeggen dus ook tegen bewoners: we zijn nog bezig met de oriëntatie voor de hele wijk, u mag hierop wachten.”
Een hiccup
Zijn er ook tegenslagen? Rianne: “Helaas wel. In onze subsidieaanvraag aan de provincie benoemden we niet specifiek dat een huis aardgasvrij móet worden, maar de provincie stelt dit wel als eis. Maak je wel gebruik van het installatiebudget, maar ben je eind 2026 niet aardgasvrij? Dan moet je van de provincie de ontvangen subsidie voor de installatiemaatregelen terugbetalen.”
Dat roept veel weerstand op bij de eigenaar-bewoners. Marjo: “In de praktijk zal dit tot weinig problemen leiden, want verduurzamingsopties doe je toch vaak in één keer. Maar het idee dat je mogelijk moet terugbetalen wat je investeert, vinden mensen wellicht zo eng dat de installatiesubsidie eerder een obstakel dan een stimulans wordt. Als blijkt dat bewoners hierdoor de stap naar een installatie niet durven te zetten, moeten we dit bijtijds aankaarten bij de provincie.”
Op schema
Vooralsnog ligt het traject op schema. Marjo: “Het eerste jaar schakel je veel met enthousiaste bewoners, nu komen we op het punt om de afwachtende bewoners actiever en persoonlijker te benaderen. Dus de mensen die we nog niet eerder hebben gezien.”
Toch heerst er ook een gevoel van trots. Van de 160 bewoners-eigenaren ontvingen er al 50 een energieadvies en 32 mensen dienden een subsidieaanvraag in. “Hier zitten mensen tussen die dit anders niet konden betalen. Die zijn dus echt blij - en wij ook. Vooral als je bedenkt dat we pas negen maanden bezig zijn en nog tot eind 2026 hebben”, aldus Rianne.