Zonnepanelen op een plat dak? Check of het dak wel geschikt is!
Jullie hebben met het energie-initiatief een dak gevonden en zitten om de tafel met de dakeigenaar. Deze werkt graag mee met jullie collectieve opwekproject. Het gaat om een plat dak. Maar… is het dak wel geschikt? Let in ieder geval op het volgende:
1. Bezonning & schaduw
Wil je weten of het dak geschikt is voor zonnepanelen wat betreft de bezonning? Kijk dan bijvoorbeeld als eerste stap op www.zonatlas.nl of op zonnekaart.nl. Bekijk hier de berekende zoninstraling en het geschikte dakoppervlak. Ga daarna altijd nog op locatie kijken of het klopt. Is het dak echt plat? Zijn er vlakken waar gedurende de dag schaduw op valt, bijvoorbeeld van bomen of andere gebouwen?
2. Afmetingen dak en obstakels
Bekijk op locatie ook hoeveel ruimte er écht is. Sommige gebouwen hebben rare hoeken in de plattegrond van het dak of hoogteverschillen in het dak zitten. Houd ook rekening met een afstand tot de dakrand. Teken een legplan van de zonnepanelen. Bedenk onder welke hoek je ze wil plaatsen. Afhankelijk van deze hoek is ook de afstand tussen de zonnepanelen anders. Hiervoor zijn digitale rekentools te vinden. Bij een gebrek aan ruimte kun je ook kiezen voor een oost-west oriëntatie.
Controleer op locatie wat er al op het dak aanwezig is. Dit kan van grote invloed zijn op de ruimte die daadwerkelijk beschikbaar is voor de zonnepanelen. Denk aan dakramen, een atrium, andere installaties, ventilatiekanalen of schoorsteenpijpen.
Zorg er bovendien voor dat de zonnepanelen indien mogelijk over deze obstakels heen staan of dat de zonnepanelen hier op voldoende afstand vandaan worden geplaatst. Je wilt zoveel mogelijk voorkomen dat ‘die paar kleine schoorsteenpijpjes’ toch schaduw werpen op het systeem. Is dat voorkomen onmogelijk? Overweeg dan of micro-omvormers of power-optimizers een oplossing kunnen zijn.
3. Levensduur dakbedekking
Van welk materiaal is het dak, van bitumen, EPDM of kunststof? En hoe oud is het? Vraag de eigenaar wanneer de dakbedekking voor het laatst vervangen is. Gemiddeld kan een levensduur van zo’n 25 jaar aangehouden worden voor kunststof en bitumen en 40 jaar voor EPDM. De levensduur van een dak is echter sterk afhankelijk van de specifieke situatie, de kwaliteit van uitvoering, belasting en onderhoud (reiniging, preventief onderhoud etc.). Laat bij twijfel een expert naar de dakbedekking kijken.
4. Dakconstructie
Wat is de constructie van het dak? Kan het dak de zonnepanelen en bijbehorende ballast dragen? Is het dak van beton? Dat heeft al veel eigen gewicht. Daar voegt het extra gewicht van de zonnepanelen relatief weinig aan toe. Over het algemeen is bij betonnen daken daarom geen aanpassing nodig. Voor stalen en houten daken kan een aanpassing nodig zijn. Vraag om advies van een constructeur. Bij minder draagkracht kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een gesloten opstelling met plastic bakken. Deze veroorzaken minder opwaartse druk (door wind), daarom is er minder ballast nodig. Installateurs van zonnepanelen hebben informatie over de hoeveelheid ballast die nodig is.
5. Aansluiting op het net
Waar zit de netaansluiting? Wat is de grootte van deze aansluiting? Is deze geschikt voor het aantal zonnepanelen? En kun je er eenvoudig een kabel naartoe trekken? Dit kan bijvoorbeeld:
- buitenom langs de gevel. Dan is er wel een elektriciteitsbuis zichtbaar
- via een kabelschacht binnen
- via een loze leiding, indien aanwezig
Voor een project waarbij gebruik wordt gemaakt van de regeling verlaagd tarief, is een eigen aansluiting of LDE-aansluiting nodig. In deze dakencheck laten we de aansluiting zelf buiten beschouwing. Neem ook de aansluiting mee in de keuze om door te gaan met een project. Lees hiervoor ook het artikel ‘Aansluiten voor dummies: FAQ over aansluiten’.
HIER opgewekt heeft deze dakencheck met zorg samengesteld. Hier kunnen geen rechten aan ontleend worden. Voor opmerkingen en aanvullingen neem contact met ons op via info@hieropgewekt.nl