In gesprek met Pure Energie: hoe zij gezamenlijk zon- en windprojecten ontwikkelen

Windmolens en zonsondergang

Als je als energiecoöperatie wilt samenwerken met een projectontwikkelaar in een zon- of windproject, is het essentieel om elkaars perspectief en werkwijze goed te begrijpen. HIER sprak met projectontwikkelaar Pure Energie over hun werkwijze en samenwerkingsaanpak. 

Pure Energie is een Nederlandse energieleverancier en sinds 1995 ontwikkelaar van zon- en windparken. 

 

Hoe komt het eerste plan voor een zonneveld of windpark tot stand? 

“Een windmolen of zonnepark is niet van vandaag op morgen gerealiseerd. De ontwikkeling van idee tot het aanleggen van een duurzaam energieproject duurt jaren. Het begint bij de locatie." Zo kunnen projectontwikkelaars een grondeigenaar benaderen. Maar een grondeigenaar, gemeente of energiecoöperatie kan ook zelf met een locatie bij de projectontwikkelaar komen, wanneer zij de klus niet alleen willen oppakken."

"Bij deze eerste stap hoort ook het goed in beeld brengen van de omgeving en gebruikers. Deze voorbereiding is essentieel voor het verdere verloop van het project. Is het al mogelijk om afspraken tussen projectontwikkelaar, grondeigenaar, lokale energie coöperatie, bewoners en gebruikers vast te leggen?" Pas nadat deze eerste stap is gezet, gaan projectontwikkelaars verder met het uitwerken van de plannen. 

Onderaan dit artikel vind je de 11 stappen die komen kijken bij een ontwikkeltraject.

Tijdlijn Grondeigenaren Pure Energie v2

Waarom werkt Pure Energie graag samen met een lokale energiecoöperatie? 

“Pure Energie streeft naar 50% lokaal eigendom.” De projectontwikkelaar werkt bewust samen met energiecoöperaties in duurzame energieprojecten. "Juist omdat coöperaties de locatie, de inwoners en lokale belanghebbenden goed kennen. Samen ontwikkelen we een zonne- of windpark. We werken gelijkwaardig samen met lokale energiecoöperaties. Via deze samenwerking participeert de omgeving in het duurzame energieproject. "

Dat betekent dat de omgeving meedenkt over en mee-investeert in de ontwikkeling. "Tegelijkertijd worden ook de risico’s gedeeld. Gaat een duurzaam energieproject onverhoopt niet door, dan delen we de lasten. Zijn de windmolens of het zonnepark gebouwd en wekken zij groene stroom op, dan deelt de omgeving mee in de opbrengst ervan. Zo wordt samen gezorgd voor meer schone energie én kan een deel van de opbrengst ingezet worden voor verdere verduurzaming van de omgeving.”

Welke rol en activiteiten neemt een projectontwikkelaar op zich en wat is de rol van het lokale initiatief? 

Samenwerken betekent voor Pure Energie dat ze samen optrekken met de coöperaties en gezamenlijk gesprekpartner zijn voor de omgeving. "Natuurlijk kunnen we een taakverdeling afspreken. De energiecoöperatie kent de lokale situatie goed en heeft een meerwaarde in het project." Projectontwikkelaars van Pure Energie leveren de expertise, ervaring en arbeid. "Als het gaat om het inbrengen van kapitaal in een project, dan gaat het niet alleen om geld, maar ook om tijd, kennis, capaciteit en lokaal netwerk. Bij een streven naar 50% lokaal eigendom betekent dat dus ook naar een evenwichtige verdeling van bovengenoemde."

“Voor een succesvol duurzaam energieproject, moet je aardig wat in huis hebben. Kennis en kunde inzake vergunningen, wetgeving, omgevingsmanagement, projectmanagement, politieke besluitvorming, financiën, verzekeringen, techniek van de duurzame energie en tegenwoordig ook opslag. Uit eerdere projecten hebben we in de rol van projectontwikkelaar veel waardevolle ervaringen opgedaan. Deze ervaringen nemen we graag mee als wij meedoen in een duurzaam energieproject. De energiecoöperatie heeft vaak een uitstekend lokaal netwerk en kent de lokale opgaves. Daarnaast is kennis over ledenwerving en fondsenwerving belangrijk.”

Hoe kan een energiecoöperatie meedoen met een financieel risicovol project?

“Risicovol mee investeren betekent dat je aan de lat staat voor grote externe bedragen met een hoog risicoprofiel. Je moet een budget hebben dat flexibel is, in de tijd en qua omvang. Ook voordat je de vergunning hebt, moet je al investeren. Met uitgesloten aansprakelijkheid kan een coöperatie het risico beperken.” 

Energiecoöperatie Energie(K) Oldambt is samenwerkingspartner van Pure Energie in de ontwikkeling van Zonnepark Westerlee. We vroegen hen hoe zij omgegaan met de financiële risico's in hun project:

“We zijn een coöperatie met uitgesloten aansprakelijkheid. Je bent als lid alleen aansprakelijk voor je eigen inbreng. Als je de financiering niet redt, dan kun je hier andere afspraken over maken. Het is bovendien een veilige investering: aan duurzame energie blijft duurzaam behoefte. Om ons deel van de financiering van Zonnepark Westerlee rond te krijgen, moeten we overigens veel inspanning verrichten. We hebben daarvoor een gunstige lening van het provinciefonds ‘Nieuwe Doen’ nodig, zullen crowdfunding moeten opzetten en een beroep doen op investeringen van lokaal bedrijfsleven.”

Soms wordt een project ook in ontwikkelfase verkocht. Hoe doen jullie dat en welke afwegingen maken jullie daarin? 

“Bij ons geldt ‘bouwen om te houwen’, dus wij verkopen niet. Wij zijn ook energieleverancier van groene stroom. De groene stroom die we opwekken in wind- en zonneparken leveren we aan huishoudens en bedrijven: van weiland tot stopcontact. We blijven dus buren van de omgeving en houden contact. Samen met de energiecoöperatie zijn we ook verantwoordelijk voor beheer en onderhoud en demontage (en mogelijk hergebruik) na afloop van de vergunningstermijn.” 

Wat is het meest hardnekkige vooroordeel dat mensen hebben over projectontwikkelaars? 

“Dat wij commercieel zijn en geld verdienen ons hoofddoel is. We zijn inderdaad een onderneming. Er moet geld verdiend worden om groene stroom voor iedereen beschikbaar te kunnen maken. Wat we verdienen wordt ook geïnvesteerd in duurzame initiatieven. Ook een energiecoöperatie moet commercieel denken. Energiecoöperaties hebben te maken met dezelfde kaders en marktomstandigheden."

"Bij Pure Energie zorgen we er in elk geval voor dat de duurzame energieprojecten die we ontwikkelen en realiseren de (lokale) omgeving ook iets opleveren: met 50% lokaal eigendom, een omgevingsfonds en een aantrekkelijk burentarief. We gaan in een vroeg stadium met inwoners in gesprek en laten zien dat we investeren in het participatieproces met menskracht en communicatiemiddelen.”

En welk vooroordeel over energiecoöperaties horen jullie vaak terug? 

“Die vraag kun je het beste aan een energiecoöperatie stellen. Een aanname, om toch antwoord te kunnen geven op de vraag: dat het alleen maar vrijwilligers zijn zonder geld of slagkracht. Wij weten dat het beeld niet klopt. In de praktijk ontmoeten wij bij energiecoöperaties wel relatief veel gepensioneerden. Zij maken zich hard om klimaatverandering tegen te gaan en willen regie pakken op de energievoorziening."

Groeit de samenwerking ook gedurende het proces? 

“Jazeker. Tijdens de ontwikkeling van een zonnepark merkten we dat het heel plezierig was om samen met de energiecoöperatie op te trekken. We konden samen belemmeringen bij de gemeente en provincie wegnemen door er nog een andere partner bij te zoeken. Deze projecten en bijbehorende processen vragen altijd veel doorzettingsvermogen. Er gaat een omgevingsproces aan vooraf waarbij je een grote verandering moet uitleggen aan omwonenden en andere belanghebbenden. Als je zo`n traject samen doormaakt en erin samen optrekt, groei je zeker naar elkaar toe.”

Wat heb je als samenwerkingsteam nodig van de lokale overheid om een project te kunnen ontwikkelen? 

“Dat afspraken nagekomen worden. Denk bijvoorbeeld aan de RES: deze afspraken worden nu soms door overheden losgelaten. Het is vaak heel waardevol als bestuurders en volksvertegenwoordigers zich laten informeren door partijen uit de markt. Die hebben de actuele kennis van wet- en regelgeving en kunnen hun ervaringen delen uit andere delen van het land. Een gemeente of provincie hoeft het wiel niet zelf uit te vinden.”

Welke (technische) innovaties ziet Pure Energie de komende jaren steeds belangrijker worden? 

"Energieopslag speelt een steeds grotere rol. Bijna de helft van de elektriciteitsproductie in Nederland kwam vorig jaar uit hernieuwbare bronnen. Vooral uit wind en zon. Vijf jaar eerder was dat nog geen twintig procent. Een mooie groene ontwikkeling. Op het stroomnet ontstaan daardoor wel nieuwe uitdagingen. Hoe brengen we de vraag en het aanbod van stroom in Nederland in balans? Een deel van het antwoord op die vraag is grootschalige energieopslag."

De 11 stappen van projectontwikkeling

De ontwikkeling van duurzame energie vraagt om nauwe samenwerking met de omgeving, aanpassings- en doorzettingsvermogen. Het is belangrijk dat de omgeving zo goed mogelijk betrokken is. Hoe dat proces van locatie tot vergund duurzaam energieproject verloopt, zie je in onderstaande tijdlijn. Het hele traject kan zo enkele jaren beslaan en de volgorde van de stappen ligt niet vast. Soms is het nodig om de volgorde aan te passen aan de situatie.

Tijdlijn Grondeigenaren Pure Energie v2

Bekijk hieronder de 11 ontwikkelstappen van een zon- of windproject. 

Stap 1: wie vormen de omgeving?

Een projectontwikkelaar benadert grondeigenaren en soms alvast omwonenden en gebruikers van een plangebied. Met hen worden afspraken gemaakt die in een overeenkomst formeel vast komen te liggen. Vervolgens gaat de projectontwikkelaar in gesprek met de betrokken gemeente en zoekt ze contact met een lokale energiecoöperatie om mogelijkheden voor samenwerking en lokaal eigendom in het duurzame energieproject te verkennen.

Stap 2: welke vergoedingen en verplichtingen worden vastgelegd?

Als er over een aantal jaren groene stroom geproduceerd wordt, komt een deel van de verwachte opbrengst jaarlijks ten goede aan de betrokken grondeigenaren. De verdeelsleutel, verplichtingen naar elkaar en de tijdsduur daarvan bespreekt de projectontwikkelaar in dit stadium met deelnemende grondeigenaren. Als er een overeenkomst is, informeren ze alle verdere belanghebbenden, liefst samen met een lokale energiecoöperatie als mede-initiatiefnemer en partner in het plan.

Stap 3: waar is plek voor een windmolen of zonnepanelen?

Waar een windmolen of zonnepark in het plangebied kan staan, hangt af van veel factoren. Voorbeelden zijn: de afstand tot woningen, wegen, hoogspanningsmasten en gasleidingen in de grond. En ook: de afstand tot beschermde natuur. De ontwikkelaar inventariseert waar windmolens kunnen staan en voor hoeveel windmolens plek is. Bij een zonnepark, rekenen ze uit hoeveel panelen er kunnen komen. Pas als er in een later stadium uitgebreid locatieonderzoek gedaan is en bewoners en belanghebbenden inspraak hebben gehad, wordt een definitieve locatie bepaald.

Stap 4: hoe kan de omgeving meedoen?

Steeds meer projectontwikkelaars streven er in hun duurzame energieprojecten naar om een gelijkwaardige lokale samenwerkingspartner te vinden, die voor 50% eigenaar is. Vaak is dat een lokale energiecoöperatie. Gesprekken met de lokale energiecoöperatie leiden tot een intentie- of samenwerkingsovereenkomst. Als het nog niet zover was, dan trekt een ontwikkelaar vanaf nu samen op als initiatiefnemers van het wind- of zonnepark.

Stap 5: wie zorgt voor de vergunning?

De initiatiefnemers zoeken en onderhouden contact met alle relevante overheden zoals de provincie, gemeente, het waterschap en de organisatie van de Regionale Energiestrategie (RES). 

Om het project te kunnen realiseren moeten ze alle benodigde vergunningen krijgen. Onderdeel hiervan is het uitvoeren van verschillende locatieonderzoeken in afstemming met diverse belanghebbenden. Die onderzoeken worden uitgevoerd door gespecialiseerde en onafhankelijke bureaus.

Stap 6: hoe wordt er gecommuniceerd met de omgeving?

De omgeving, dat zijn alle inwoners en ondernemers binnen een afgesproken cirkel. In windprojecten is dat een straal van ongeveer 2.500 meter rondom het plangebied, bij zonprojecten ongeveer 1.000 meter. Wie ook bij de omgeving horen zijn maatschappelijke organisaties met het oog op natuur en milieu, cultuurhistorie en recreatie. Het is de taak van de initiatiefnemers om alle belanghebbenden op te zoeken, te informeren en uit te nodigen voor de omgevingsraad. Dat is een terugkerend overleg met vaak een onafhankelijke voorzitter. Daarin wordt bijvoorbeeld gesproken over:

  • Het aantal en type windmolens 
  • Het aantal zonnepanelen en de posities
  • Mogelijke effecten van het duurzame energieproject op de omgeving
  • De opties om hinder te beperken
  • De landschappelijke inpassing van het energieproject 
  • Het behoud of versterking van ecologische waarden
  • De benodigde onderzoeken (zoals geluid, slagschaduw, externe veiligheid en ecologie). 

De initiatiefnemers zijn ook verantwoordelijk voor communicatie met een bredere groep mensen dan alleen de omgevingsraad. Daarom doen ze huisbezoeken, is er een projectwebsite en organiseren ze bijeenkomsten en excursies. Het traject van onderzoeken en overleg met de omgeving en bevoegd gezag, duurt bij windprojecten meestal ongeveer twee jaar. Bij zonprojecten kan het sneller gaan.

Stap 7: wil het bevoegd gezag meewerken aan het project?

De initiatiefnemers maken een projectplan dat de toetsing van het bevoegd gezag (gemeente en/of provincie) kan doorstaan. Hierin staan alle noodzakelijke onderzoeken, maar ook de wijze van participatie van de lokale betrokkenen. Dit projectplan leggen ze als principeverzoek neer bij het bevoegd gezag. Dit heet het vragen om planologische medewerking, het is nog geen vergunningsaanvraag.

Stap 8: wat spreekt men af met het bevoegd gezag?

Een belangrijke stap in de ruimtelijke procedure is het sluiten van een anterieure overeenkomst tussen de initiatiefnemers en het bevoegd gezag. Hierin worden financiële zaken en verplichtingen met de overheid geregeld rondom de ontwikkeling, realisatie, exploitatie en demontage van het wind- of zonnepark.

Stap 9: komt er een vergunning?

Bij het bevoegd gezag (de provincie en/of gemeente) start de ruimtelijke procedure die hopelijk uitmondt in een omgevingsvergunning. Wanneer de omgevingsvergunning verstrekt wordt, is het voor belanghebbenden nog mogelijk zienswijzen in te dienen of beroep aan te tekenen, afhankelijk van de procedure. Goede en open communicatie hierover met de omgeving is dan heel belangrijk. 

Een grote mijlpaal is de onherroepelijke omgevingsvergunning na het verstrijken van alle termijnen en eventuele procedures. Soms gaat een project nog naar de Raad van State.

Stap 10: krijgen we het project financieel rond?

Het wind- of zonnepark wordt ondergebracht in een of meerdere projectvennootschappen die het gaan bouwen en exploiteren. Nu ook de voorschriften van gemeente en/of provincie en de marktomstandigheden van het moment bekend zijn, worden alle investeringskosten en exploitatiekosten nogmaals doorgerekend. Hier is een deel eigen vermogen voor nodig en een deel vreemd vermogen: financiering door banken of andere geldverstrekkers. Het doel is het bereiken van financial close.

Stap 11: klaar voor de bouw?

Als alle eerdere stappen zijn doorlopen, wordt de bouw voorbereid. Dat betekent aanbesteden, materialen bestellen en een logistieke planning maken. Vervolgens volgt de bouwfase en de exploitatiefase met aan het eind van de vergunningstermijn het afbreken en eventueel vervangen van het zonnepark of de windmolens.

Op de hoogte blijven?

Ontvang tips, artikelen, nieuws en meer! Geef hieronder aan welk thema je voorkeur heeft.

Lees voor meer informatie ons privacybeleid
Lijsten